Zorg
De thuiszorg heeft de toekomst
Thuiszorgorganisaties komen en gaan. Gemeenten voeren de Huishoudelijke Hulp uit. Het kabinet bepaalt de omvang van het budget. Het kabinet heeft het budget in eerste instantie met 40% gekort. De gemeenten hebben geprotesteerd, maar moeten de bezuiniging doorvoeren. Zij gingen scherp aanbesteden: op prijs, lagere functie-eisen en nauw omschreven resultaten, voor een kleinere doelgroep. De gemeenten vragen om een ‘schoon huis’. De zorgmedewerkers, die het eenvoudige thuiszorg werk verrichten, hoeven van de gemeenten de andere taken niet meer te verrichten. Dus niet meer helpen bij het aankleden, boodschappen doen en andere diensten. De aanbestedingen hebben geleid tot grote reorganisaties bij de aanbieders. Het personeel was doorgaans te hoog opgeleid voor de gevraagde werkzaamheden. Sommige organisaties kozen voor een vlucht naar voren. Bijvoorbeeld TSN schreef zich in op veel plekken, tegen een concurrerende prijs en kreeg een groot deel van de thuiszorgmarkt in Nederland in handen. De vergoedingen voor het betalen van de arbeid overstegen echter de inkomsten. Om dit op te vangen werd geprobeerd het personeel te dwingen voor een lagere uurprijs te gaan werken. Dat lukte niet. Massaal verzet van personeel en vakbonden verhinderden dat. Uiteindelijk ging TSN failliet. In reactie daarop heeft Buurtzorg Nederland een groot aantal TSN-concessies overgenomen. Andere thuiszorginitiatieven zijn gestart door ex-medewerkers, die door thuiszorgorganisaties zijn ontslagen vanwege ontbinding van contracten tussen gemeente en thuiszorgorganisaties.
Voor de thuiszorgorganisaties gloort licht aan de horizon. De diensten die thuiszorgmedewerkers, naast het schoonmaken, niet meer mochten uitvoeren, blijken voor een groot deel niet automatisch door de mantelzorg of burenhulp te worden verricht. Die vraag blijft. Aan die vraag kunnen de thuiszorgorganisaties voldoen. Mensen met een hoog inkomen kopen nu deze hulp zelf in (servicepakketten). Mensen met een laag inkomen kunnen dat niet; zij moeten eerst zorgbehoeftiger worden voordat zij meer professionele zorg en meer diensten krijgen. De thuiszorgorganisaties die contracten hebben voor de uitvoering van lichte (Wmo) en middelzware zorg (Wlz), én diensten en services verlenen voor de particuliere markt, zijn het beste voorbereid op de toekomst.